De recente analyse van Noord-Brabant laat zien dat het aandeel energiearme huishoudens in Brabant sinds 2019 afneemt. Een uitzondering is de vermoedelijke stijging tussen 2022 en 2023 door de hogere energieprijzen waarmee huishoudens werden geconfronteerd. Volgens een voorlopige schatting voor 2023 hadden 53.000 huishoudens in Brabant te maken met energiearmoede.
De frequentie en de ernst van energiearmoede
Steden als Eindhoven en Breda kennen het hoogste percentage energiearme huishoudens in Brabant. Buurtkaarten laten zien dat energiearmoede zich ook concentreert in buurten in onder andere Helmond, Oisterwijk en Oss.
Naast studies die de frequentie van energiearmoede in beeld brengen, deed TNO onderzoek naar de ernst van energiearmoede. De zogenoemde energiearmoedekloof is het bedrag in euro’s dat nodig is om een huishouden uit energiearmoede te halen. Landelijk zien we dat wanneer niet naar de frequentie, maar naar de ernst van energiearmoede wordt gekeken, het zwaartepunt verschuift naar het landelijk gebied en de randen van Nederland. In slecht geïsoleerde woningen is de ernst van energiearmoede duidelijk hoger.
Aanpak energiearmoede
In de jaren 2022 en 2023, waarin de energieprijzen sterk stegen, stelde het Rijk middelen beschikbaar aan gemeenten voor een lokale aanpak energiearmoede. Daarnaast waren er in 2023 financiële steunmaatregelen voor inwoners van kracht. De recente analyse van Noord-Brabant laat zien dat het prijsplafond en de energietoeslag energiearmoede sterk hebben geremd. Zonder financiële steunmaatregelen zou het percentage energiearme huishoudens in Brabant zijn opgelopen van 53.000 tot 112.000 huishoudens.
Gemeenten en de provincie blijven samen werken aan de aanpak van energiearmoede in Brabant. Onder andere door uitvoering te geven aan het Nationaal Isolatieprogramma en zo inwoners te helpen met het nemen van energiebesparende maatregelen, waardoor de energierekening en de kans op energiearmoede daalt.
De provincie deelt informatie vanuit het Landelijk Onderzoeksprogramma Energiearmoede in de werkgroep verduurzaming gebouwde omgeving op de Energiewerkplaats Brabant.