1. Bron
Zie https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/kamervragen/detail?id=2020D06323&did=2020D06323
2. Relevante bepaling:
“In het Klimaatakkoord is afgesproken dat er wordt gestreefd naar 50% lokaal eigendom bij hernieuwbare energieopwekking. Het gaat daarbij om meeinvesteren en de risico’s dragen, en dus ook aanspraak kunnen maken op opbrengsten. De mate waarin eigendom van lokale burgers en bedrijven haalbaar en/of wenselijk is, verschilt per gebied en project. Het vormgeven van lokaal eigendom is daarmee altijd maatwerk. Het betreft dus een algemeen streven en geen verplichting. Windpark Krammer is een mooi voorbeeld van een windpark dat lokaal geïnitieerd is en waar betrokkenen delen in de opbrengsten. Naast eigendom zijn er ook andere manieren waarop de omgeving kan meeprofiteren van hernieuwbare energieprojecten, zoals een omgevingsfonds of obligaties. Of, en zo ja, welke keuzes daarin worden gemaakt, wordt bepaald in gesprek met de omgeving in het participatieproces en het lokaal bevoegd gezag. Het kabinet is niet van mening dat windontwikkelaars 50% van hun opbrengsten zomaar moeten afstaan aan omwonenden. Dit zou het investeren in windenergie onaantrekkelijker maken en daarmee het behalen van de klimaat-doelen in de weg staan.”
3. Algemeen
Van Gerven stelt de vraag of de Minister van EZK vindt dat bij windturbineprojecten tenminste 50% van de opbrengsten ten goede moet komen aan de omwonenden en bevolking.
4. Aanbevelingen voor verdere kennisname
-